De 6 renners van 2019
Een lijstje bij het seizoensslot van 2019. Geen ranking, geen beste jongetjes van de klas. Vijf coureurs waar naar uitgekeken werd. Renners, die mocht er nog aan getwijfeld worden, volgend jaar toch al minder vrijheid zullen genieten.
Julian Alaphillipe
Alaphillipe bevestigde al het goede van de voorbije jaren. Strade Bianchi, Milaan-San Remo, Waalse Pijl, ritten in Tirreno-Adriatico en San-Juan mocht hij bijschrijven op de erelijst, in de Amstel Gold Race liet hij zich met medevluchter Fuglsang de kaas van het brood eten door van der Poel.
In de Tour werd hij door zijn aanvallende stijl uiteindelijk kandidaat op de eindzege, ook al was hij niet met dat doel naar de ronde gekomen. Enigzins verrassend was alleszins zijn overwinning in de tijdrit in Pau. Na 11 dagen in het geel en na een slopend lang voorjaar was het dan ook normaal dat hij het hoofd moest buigen.
Primoz Roglic
Laatbloeier Roglic mocht dit jaar bewijzen of hij helemaal naar de top kon doorstoten. Liet hij zich in de Giro nog een rad voor de ogen draaien door een eigenlijk overbodige rivaliteit met Nibali, bewees hij in de Vuelta een ronde lang te kunnen domineren en controleren. Een reeks andere overwinningen gedurende het gehele jaar brachten de Sloveen bij de absolute wereldtop.
Egan Bernal
Bernal wordt zoals het er nu voor staat de beste renner van de wereld. Na zijn puike prestatie vorig jaar in de Tour, waar hij zijn kopmannen bijna evenaarde, won hij Parijs-Nice en de Ronde van Zwitserland. Het gemak waarmee de Colombiaan zich in de rangschikking van een grote ronde kan handhaven maakt van hem de klassementsrenner voor de komende jaren.
Ondanks de duidelijke zwakte van zijn ploeg en de concurrentie met Geraint Thomas zette hij ook de Tour nog eens naar zijn hand. De flair waarmee hij dat doet spreekt voor zichzelf. Bovendien is hij niet te beroerd om dat ook in eendagswedstrijden te demonsteren. Misschien zien wel hem eens schitteren op Ardeense wegen? Bovendien staat er een goede kop op het lijf. Froome en Thomas maken zich maar beter geen illusies dat deze man zich weer in de knechtenrol laat duwen als hij zelf niet kansloos is.
Mathieu van der Poel
Natuurtalent van der Poel had al veel bewezen maar zoals hij door de wielerwereld flitst is ongezien. Eender welk terrein, als hij aan de start staat is zijn suprematie bijwijlen verstikkend. Koersen voor het plezier ervan en dan zulke resultaten boeken? Daarbij houden zelfs pa en opa de adem in.
Alleen in het WK ging het mis. Ging hij op 30 km van de meet nog aan zoals gewoonlijk, was de tank toch leeg 20 km verder. Zoals altijd was hij dominant en gul in de inspanning maar de wedstrijd had teveel van het lijf geëist. Ook hij kwam in een situatie terecht waar het op was. Een kater zal hij hier niet aan overhouden, hem kennende. Volgende weken knalt hij wellicht weer door het veld alsof het hem nooit overkomen is.
Tadej Pogacar
Tadej Pogacar was al heer en meester bij de jeugd. Ondanks het feit dat hij toch eindzeges in Algarve en Californië kon voorleggen had wellicht niemand een dergelijke Vuelta van hem verwacht. Drie ritten, jongerentrui en podium vielen de Sloveen te beurt. Ook is hij net als andere generatiegenoten van het type dat niet omkijkt en wil koersen. Kan hij dit in de toekomst verder bestendigen? De concurrenten zijn ondertussen gewaarschuwd. Zijn versnellingen bergop kunnen het Bernal misschien wel lastig maken in de toekomst.
Remco Evenepoel
Evenepoel zette vorig jaar nog de junioren categorie op zijn kop. Waar hij aan de start kwam wist de rest hoe laat het was. Dubbele wereldkampioen in Innsbruck en op weg naar een profcontract.
Meerdere malen kon hij zich in het profpeloton reeds bewijzen alhoewel te betwijfelen valt of hij zijn manier van rijden in de toekomst kan aanhouden. Op die manier echter kon hij toch de Ronde van België en de Clasica San Sebastián binnenhalen in zijn eerste seizoen. Zijn punch bewees hij ook in het tijdrijden, met een Europese titel en WK zilver als bewijs.